Het Toscaanse platteland is overal waar u ook kijkt prachtig, wat een onvergetelijk uitzicht. Er is meer dan olijfgroeves en wijngaarden namelijk veel wilde natuur. Hieronder onze drie favoriete plekken aan de kust.
Nationale parken van de Toscaanse Archipel
Dit nationale natuurpark strekt zich uit van Livorno in het noorden tot aan de rand van Lazio in het zuiden en omvat zeven grote eilanden voor de Toscaanse kust waaronder Elba waar Napoleon naartoe werd verbannen. Door de eeuwen heen zijn de eilanden geteisterd door de golven en ieder eiland in de archipel heeft een bijzondere vorm en eigen karakter. Montecristo met rotsachtig landschap tot Pianosa met vlaktes, hier vind je wilde dieren zich hebben aangepast aan de zee, maar ook aan de mens en jarenlange mijnbouw.
Natuurpark Maremma
Ten zuidoosten van de stad Grosseto ligt een van de meest betoverende landschappen van Toscane, de ongerepte kustlijn van de Maremma. Dit was ooit een moeras vol malaria en alleen lokale cowboys, de butterli waagden zich hier. Deze gemeenschap is aan het verdwijnen maar zij hoeden nog wel vee in dit gebied. Hier kan je onbelemmerd door de natuur wandelen, heerlijk met je voeten in het zand bij de zee zitten met achter je duinen en volle pijnboombossen genietend van het heldere water en rotsachtige baaien – waar piraten zich vroeger verstopten.
Val Di Cornia
Rijk aan archeologische opgravingen en natuur is de Val di Cornia in de buurt van Livorno. Dit is een bron van schoonheid en geschiedenis. Feodale tijden worden herleeft op dit historische pad, de steden en plaatsen hebben een bepaalde vormgeving. Ga terug naar de Etrusken en Romeinen met tombes in overvloed in het Baratti en Populonia Archelogische park. Of geniet gewoon van het landschap onderweg naar de kust, de rivier Cornia slingert zich door de vruchtbare vlaktes met olijfbomen en oude eiken waar wilde zwijnen in het struikgewas rommelen.